donderdag 13 november 2008

De eerste blik

Zo´n 20 uur na de operatie kan ik dan eindelijk m´n ogen een beetje openhouden. Het is donderdagochtend op de IC, en al het personeel heeft zin in medische handelingen. Er wordt druk gerommeld en gefrutseld aan m'n bed met zakjes, piepjes en spuiten, en ook verschijnt er ineens een vrolijk drietal aan m'n bed met een groot apparaat op wielen. Een röntgenapparaat. 'Toe nou jongens', fluister ik, 'gisteren hebben jullie me 6 uur lang van binnen kunnen bekijken. Bovendien, ik kan me niet bewegen hoor'. Geen nood, ik word op een zij geduwd om ijzeren platen onder m'n rug te schuiven. Daarna worden er kussens achter m'n rug gepropt zodat ik iets rechter op lig, het apparaat op m'n buik gericht en worden er foto's genomen. Intussen val ik bijna flauw van de moeheid. Na de sessie duwen en trekken ze weer aan me, halen alle platen weg en verdwijnen. Na 10 minuten zijn ze terug. Foto's mislukt. Het moet over. Na sessie 2 val ik weg, compleet uitgeput.
Na veel te korte tijd word ik weer wakker gemaakt. Verpleger Hans, zo'n jaar of 45, kaal hoofd en vriendelijke ogen en een kordate verpleegster vertellen me dat ze me gaan wassen. Hierna ga ik terug naar de afdeling. 'We moeten u wél netjes opleveren', grapt de man. Maar hij meent het, ik zie het aan z'n gezicht. Als hij me niet gewassen en in een schoon bed aflevert, krijgt hij het gloeiend aan de stok met z'n collega's van de 6e verdieping. En geef ze eens ongelijk. Ze gaan de rotzooi van de IC niet opruimen, ze hebben zelf werk genoeg. Nou dan.
Het gordijn om m'n bed gaat dicht. Hans slaat de dekens terug en maakt de knoopjes van m'n operatiehemd open. De verpleegster helpt. Vooral het omzeilen van de infusen in m'n armen is nogal een gedoe. Intussen breekt me het zweet uit. Het uur U nadert. Niemand die het zegt, maar nu ga ik voor het eerst m'n lijf zien. Als het operatiehemd weg is, kijk ik naar beneden.
Een wirwar van handen, die vliegensvlug verbanden weghalen en pleisters wegtrekken. Ik houd m'n adem in. Dan vallen de handen stil en de verpleging ook. Ik zie dat ze naar me kijken. 'Dat valt niet mee hè?', zegt Hans zacht.
Inderdaad.
Kijk, dat er slangen aan te pas komen, kan ik in komen. Maar hadden ze nou niks anders dan dat maatje brandweerslang? Het ziet er heftig uit. Het litteken daarentegen valt me mee. OK, het is lang maar mooi gehecht. Van binnenuit. Een rechte streep. Het stoma valt me ook best mee. Natuurlijk is het vreemd, dat donkerrode knoopje dat ineens op m'n vel zit, maar de maat is bescheiden. Nadat ik m'n buik uitgebreid geïnspecteerd heb, begint de wasbeurt. Met warme doeken en lapjes word ik van top tot teen gewassen. Terwijl Hans m'n verdoofde lijf wast, verschoont de verpleegster m'n bed. Het ruikt allemaal heerlijk en ik voel me zo vertroeteld dat de tranen me in de ogen springen. Na alle enerverende uren die achter me liggen, voel ik me extreem verwend en verzorgd en ik schiet er helemaal van vol. 'Dank je wel, wat zijn jullie geweldig', zeg ik schor terwijl ik m'n tranen wegveeg. Hans knijpt in m'n arm en zegt: 'heel veel sterkte met alles wat komen gaat'.

1 opmerking:

Arno zei

Geee, had helemaal niet begrepen dat ze tijdens de operatie ook een keizersnede hadden gemaakt... ;-)