zondag 28 juni 2009

Hoe overleef je een urineweginfectie?

Mijn afgelopen vier dagen, ik móet ze even van me afschrijven. Ik had allemaal fijne plannen. Donderdag een hele dag cursus bij het Helen Dowlinginstituut, vrijdag eten met vriendinnen, zaterdag naar Vlodrop in het bos, ach het leven lachte me toe. Woensdag zou ik thuiswerken. Bij het wakker worden merk ik dat ik me niet helemaal lekker voel. Ik sta langzamer op dan ik wil, begin al wat in mezelf te foeteren (aan het werk jij!), pleeg een telefoontje en bedenk ineens "laat ik voor de zekerheid toch even de koorts opmeten". Heb ik 38. Dan vlieg ik al van angst tegen het plafond. "Het zál toch niet? Niet wéér een infectie?" Meteen snel nadenken. "Veel gelekt? Ja! Gisteren! Maar ja, toen zat ik tjokvol barium! En ik lek eigenlijk zo vaak. Misschien toch een simpele verkoudheid? Hoe dan ook, ik ga nú werken!" Snel wat paracetamol achter de kiezen en aan een klusje voor NS. Na een uurtje of twee voel ik dat ik moet gaan slapen. Het valt allemaal nog mee, want daarna weet ik nog een klus af te maken en een uur of 2,5 achter de laptop door te brengen. Maar dan gaat het ineens hard. Tegen de tijd dat de kinderen thuiskomen lig ik alweer plat en voel me met het uur beroerder worden. De jongens gaan pizza halen en zodra de oven aangaat en ik één geurtje ruik, begint het overgeven.
(mensen met een zwakke maag en kinderen onder de 12 moeten hier maar stoppen met lezen).
Ik neem de maximale hoeveelheid paracetamol, maar het proces is niet te stoppen. Eerst komt het grote rillen en bibberen en zweten, dan het overgeven en tot slot, het allerergste: het stomen. Dan bonst mijn hart als een bezetene, er slaan gloeiende ijzers op m'n nieren en, echt waar, ik voel m'n hersens koken in m'n schedel. Dan hang ik half in de kussens en neem alleen maar kleine slokjes water. Ik ben een droogkokende pan! Slapen is ondenkbaar, ik lig in een roodgloeiend inferno. Deze hoogtepunten vinden vooral 's nachts plaats. Het is werkelijk dood en doodeng.

Op donderdagochtend, na een nacht zo doorgebracht te hebben, voel ik me eindelijk wat rustiger. M'n hart bonst niet meer, ik kan weer helder nadenken en de wereld is weer kalmer. "Zou de koorts gezakt zijn?", denk ik hoopvol. Lieve lezers, het kwik gaf 39,3 aan. Ik durf er niet aan te denken hoe hoog die de uren daarvoor was, toen ik nog in een soort gloeiende metaalfabriek rondijlde. Nu ik helder ben, moet er snel actie ondernomen worden. Ik word helemaal zenuwachtig, want ik weet: er moet een dokter, er moet een kuur, ik moet katheriseren, ik moet spoelen, proberen wat anders dan water te drinken, er moet hulp komen! Ik sms Paul, dat is een vroege vogel, hij kent m'n huisarts, heeft een sleutel en woont dichtbij me én wil me vast wel helpen. Inderdaad, gelukkig, hij fietst met een potje urine naar de huisarts en regelt een kuur. Dan moet al dat spul nog weer bij een apotheker gehaald worden. Anna bellen, het AVL bellen voor advies, Seppie bellen, hulptroepen! Gelukkig gaat Anna snel naar de apotheker en ze biedt aan om 's avonds met de kinderen te eten. Dan gaat het nog térgend langzaam voordat er verbetering komt. Ik moet nóg zo'n dag en nacht. Donderdag einde middag is de temperatuur alweer boven de 40 en ik ben als de dood voor de uren die nog komen. En ja hoor, ik krijg 's nachts weer een rondleiding door de Hoogovens.

Vrijdag kan ik eigenlijk alleen nog maar huilen. Mijn lijf is een puinhoop, m'n kamer is een puinhoop, m'n leven is een puinhoop! En dan zijn Farrah Fawcett en Michael Jackson óók nog dood. Om me heen is het een krankzinnige bende. Ik kom m'n bed niet uit, behalve om naar de medicijnkast of de kraan te stommelen, maar toch. Kopjes koude thee, glazen, rondslingerende lege pillenstrips, doosjes met stomatoebehoren, kletsnatte t-shirts, hoesjes van de katheters, alles slingert op m'n bed en op de grond. In de maatbeker op m'n nachtkastje plas en kots ik tegelijk. Die urine die uit m'n pouch komt lijkt meer op koffiedrab van 3 dagen oud en dat vermengd met maagslijm. Geen prettig uitzicht op rechts dus! Godzijdank helpen m'n kinderen, m'n zussen, vriendin Sacha en Paul me zo goed als het kan. Vrijdag aan het eind van de dag begint er verbetering op te treden. Ik eet een heel klein beetje, loop eens wat rond, maar 's nachts kruipt de koorts weer omhoog. Maar... geen Hoogovens meer. Zaterdagavond komt Marlou voor me koken en eet ik heerlijk wat pasta met groenten en sla en kijken we gezellig samen tv.

Vandaag, zondag, gaat het echt weer prima. Ik ben alleen heel snel buiten adem en m'n lijf doet nog steeds pijn. M'n longen, m'n nieren, m'n rug, ze protesteren nog na. En ik probeer mentaal van de schok te bekomen.
Dinsdagochtend spreek ik Horenblas en als hij het niet over uitzaaiingen gaat hebben, dan heb ik wel een gespreksonderwerp zoals je zult begrijpen...

2 opmerkingen:

Roel zei

Wat een ellendige situatie nu weer.
Mocht je het vandaag weer warm hebben: het is gewoon stik benauwd.
Cool down girl.
Jet en Roel

Anna Groot zei

Schat,
Ik huiver van dit verhaal. Daar kan mijn keelpijn nog niet aan tippen. Het schokkendst is nog wel dat je van het ene op het andere moment volledig in de lappenmand ligt. Gruwelijk!

liefs,

a n n a